Vlambogen

Een vlamboog ontstaat wanneer elektrische stroom zich door lucht verplaatst in plaats van een geleider. Meestal wordt dit veroorzaakt door een overslag of wanneer geleidend materiaal tijdelijk een ander pad voor de stroom maakt. De hoge weerstand van lucht zorgt dat veel energie wordt omgezet in warmte. Deze warmte gaat gepaard met infrarode straling, een drukgolf, gesmolten metaal en metaaldamp. Samen kunnen deze effecten een gevaarlijke werkomgeving vormen die tot zware brandwonden of zelfs de dood kunnen leiden.

Vlambooggevaar wordt als volgt gedefinieerd door de NFPA 70E: "een bron van mogelijke verwonding of gezondheidsschade geassocieerd met het vrijkomen van energie door een elektrische boog" Uitgesplitst naar de onderdelen ervan krijgen we:

  • Vlam: vrijkomen van energie, waaronder een felle lichtflits
  • Boog: elektrische stroom door lucht, veroorzaakt door menselijke fouten of defecte apparatuur
  • Gevaar: het gevaar voor mensen in de nabijheid van de boog

Schakelmateriaal en werkmethoden zijn ontworpen om personeel van onder spanning staande delen te scheiden met behulp van barrières. Goed onderhouden moderne apparatuur heeft een zeer lage kans op spontaan veroorzaken elektrische bogen, vlambogen zijn daarom zeldzaam.

Lucht is een slechte geleider van elektriciteit en het is niet gemakkelijk om een stroom tot stand te brengen. In de meeste elektrische systemen wordt het zelfs gebruikt als de belangrijkste vorm van isolatie! Als echter door spanningspieken of vallende onderdelen een tijdelijke overslag optreedt is het mogelijk dat er een langdurige vlamboog ontstaat. Een aanhoudende stroom door lucht leidt tot het vrijkomen van energie op verschillende manieren:

  • Straling: een lichtflits als gevolg van hoge temperatuur (tot 20.000 °C)
  • Metaaldamp: op het punt waar de boog de elektrische geleiders treft wordt metaal (koper of aluminium) verdampt
  • Drukgolf: metaaldamp zet uit op een explosieve manier, waardoor een drukgolf ontstaat en losse onderdelen met hoge snelheid naar buiten vliegen

Gevaar van elektrische spanning en vlambogen

De belangrijkste reden dat vlambogen minder aandacht krijgen in regulering is dat deze op het grootste deel van een elektrische verdeling geen groot risico met zich meebrengen. Bij een verdeler met een nominale stroom onder de 100 ampère is het onwaarschijnlijk dat er bij een vlamboog een gevaarlijke hoeveelheid energie vrijkomt. Bij hoofdverdelers kan de energie echter catastrofale vormen aannemen.

Dit is een groot verschil met aanraakgevaar, die enkel afhangt van de spanning. Een elektrische schok van een kleine onderverdeler is net zo gevaarlijk als die van een hoofdverdeler. Omdat er veel meer aan onderverdelers wordt gewerkt komen dit bij een risico-inventarisatie al snel bovenaan de lijst.

Een algemene oplossing voor vlamboogrisico is vaak niet te vinden of heeft zeer beperkte effectiviteit. Standaard PBM’s kunnen bijvoorbeeld bescherming bieden die voor 90% van de werkzaamheden niet nodig is en voor 5% juist veel te weinig. Voor een juiste omgang met vlamboogrisico is het dus van belang om zich te richten op taken die misschien niet vaak plaatsvinden, maar wel een hoog gevaar met zich mee brengen.